Convenanten
Door overeenkomsten te sluiten met de industrie wil de overheid voor de industrie de ruimte vrijhouden om meer gerechtvaardige technologische keuzes te maken in plaats dat bedrijven gedwongen worden over te gaan naar minder efficiënte (ad-hoc) maatregelen. Ook wil de overheid op die manier de verdere ontwikkeling en groei van de industrie vrijstellen. De overheid heeft twee vrijwillige overeenkomsten met de industrie opgemaakt: het benchmarking- en auditconvenant.Benchmarkingconvenant
Naar Nederlands voorbeeld kunnen de Vlaamse energie-intensieve industriële bedrijven (jaargebruik > 0,5 PJ primair) of de vestigingen die ressorteren onder de Europse Richtlijn Verhandelbare Emissierechten toetreden tot het benchmarkingconvenant. De overheid en de onderneming komen dan overeen dat de onderneming tegen 2012 de wereldtop bereikt wat betreft het efficiënt energiegebruik in haar vestigingen. Een energieplan moet de afstand van de vestiging tot de wereldtop aantonen. Het bedrijf moet dan alle rendabele maatregelen (met een interne rentevoet of IRR na belastingen van minstens 15% - zie Toelichting over rentabiliteitsberekening (PDF - 76Kb) voor meer uitleg over het begrip IRR, alsook de bijlage (Excel - 76Kb) voor een rekenvoorbeeld) zo snel mogelijk, maar niet later dan in 2005, uitvoeren. Indien dit ontoereikend is om de wereldtop te bereiken, moet het bedrijf ook minder rendabele (met een IRR na belastingen van minstens 6%), uiterlijk in 2007 uitvoerenAls tegenprestatie vrijwaart de overheid deze bedrijven van bijkomende energie- of CO2-taksen, verleent ze korting op de federale bijdrage op energie en reserveert voor ze Vlaamse steun tot bevordering van energie-efficiëntie.
Meer informatie i.v.m. het benchmarkingconvenant vindt u op de webstek van het Verificatiebureau Benchmarking Vlaanderen (VBBV).
Auditconvenant
Dit convenant richt zich op de middelgrote energie-intensieve industriële bedrijven (0,1 t.e.m. 0,5 PJ), die buiten het toepassingsgebied van het benchmarkingconvenant vallen. Toegetreden bedrijven engageren zich om zich op energetisch gebied te laten doorlichten. In een eerste fase moeten ze dan alle rendabele maatregelen (met een interne rentevoet of IRR na belastingen van minstens 15% - zie Toelichting over rentabiliteitsberekening (PDF - 76Kb) voor meer uitleg over het begrip IRR, alsook de bijlage (Excel - 76Kb) voor een rekenvoorbeeld) doorvoeren; in een tweede fase de minder rendabele maatregelen (met een IRR na belastingen van minstens 13,5%).De toegetreden bedrijven mogen rekenen op dezelfde tegenprestaties van de overheid als de benchmarkingbedrijven.
Meer gedetailleerde informatie i.v.m. het auditconvenant vindt u op de webpagina Auditconvenant.
Laatste aanpassing: 22/12/2015
© 2010- 2020 | Verificatiebureau Auditconvenant Vlaanderen
design by webnet. multimedia services